In oktober 2017 is de
inventarisatie van de bijna 36.000 haltes van De Lijn afgerond (zie tabel) en
hieruit blijkt dat er wat de toegankelijkheid van elke halte betreft nog veel
ruimte voor verbetering is. Afhankelijk van de beperking van de persoon in
kwestie is er in heel Vlaanderen nog wat werk. Voor personen met een motorische
beperking is vooral de perronhoogte belangrijk, zodat men vlot de bus of tram
op kan geraken en voor personen met een visuele beperking is er nood aan
auditieve halte-aankondiging bij elke halte. De verhoging van de perrons bij de
haltes is een taak van de wegbeheerder en daar zijn de laatste jaren stappen
voorwaarts in gezet. De visuele en auditieve halte-aankondiging hangt samen met
de uitrol van ReTiBo en hier zorgen heel wat softwareproblemen ervoor dat de
uitrol aan de haltes zelf achterwege blijft.
Een andere klacht waar heel wat
mindermobiele reizigers mee geconfronteerd worden is de reservatieplicht voor
rolstoelgebruikers. Sinds 16 november 2017 is De Lijn een proefproject gestart
op vijf lijnen waar niet langer vooraf gereserveerd dient te worden. Het
betreft de lijn 51 Hasselt – Heusden, de kusttram, de tramlijn 1 Gent, de
tramlijn 15 Antwerpen-Mortsel en de Ringbus te Leuven. De Lijn zet op deze
trajecten toegankelijke bussen en trams in en minimaal de helft van de haltes
hebben een toegankelijkheidsstatus, die met symbolen op de halteborden is
aangebracht en die raadpleegbaar is op de routeplanner van De Lijn. Na drie
maanden zal dit geëvalueerd worden en op basis hiervan zal de strategie naar de
afschaffing van rolstoelreservatieplicht bepaald worden.
“Cruciaal voor de
toegankelijkheid van mindermobielen is de halte-infrastructuur en het rollend
materieel. Wat dat laatste betreft heeft De Lijn een inhaalbeweging gedaan met
de vervanging van heel wat bussen en tegen 2020 zullen alle bussen toegankelijk
zijn voor rolstoelgebruikers en tegen 2025 85% van de trams. Voor de
halte-infrastructuur is De Lijn afhankelijk van de wegbeheerders en daar pakt
men haltes bij voorkeur aan bij wegenwerken, dus daar verloopt de positieve
evolutie iets trager. Desondanks doet men grote inspanningen en is het
proefproject rond de reservatieplicht een grote stap vooruit, en reeds lang
gevraagd door middenveldorganisaties. Op basis van de conclusies kunnen de
nieuwe vervoerregio’s stappen vooruit zetten voor de mobiliteit van de
mindermobielen”, besluit Marino Keulen.
